Behandelfase
De behandeling verloopt langs vier stappen: van veiligheid/regulatie, via de relatie naar gedragsverandering en tenslotte transfer naar de omgeving.
1. Regulatie / veiligheid
Creƫren van veiligheid; reguleren van het stressniveau van het kind/jongere is het belangrijkste aandachtsgebied. Dit doet de therapeut door af te stemmen op het kind/jongere door:
- gevoelens te benoemen
- te luisteren zonder oordeel
- kalm en rustig te blijven
- duidelijkheid te bieden
2. Relatie
De vertrouwensrelatie met de therapeut is van belang voor het vervolgen van de therapie. Het kind/jongere wordt gevolgd in zijn of haar spel in een veilige en vertrouwde situatie, waarin het kind/jongere de ruimte voelt om te zijn zoals hij of zij is. Het bieden van basisveiligheid, door duidelijk en voorspelbaar te zijn o.a. door regels en begrenzingen aan te geven.
3. Gedragsverandering
Wanneer de basis van vertrouwen er is, is er ruimte gekomen voor het kind om binnen spel en beweging op zoek te gaan naar oplossingen ten aanzien van zijn of haar hulpvraag. Het kind kan uitproberen en oefenen van nieuw gedrag en in stapjes leren de eigen emoties en lichaamssignalen te herkennen. Om vervolgens tot reguleren te komen.
4. Transfer
Parallel aan het therapieproces van het kind geeft de therapeut handvaten aan de omgeving van het kind. Op die manier kan de omgeving ondersteunend zijn in het gaan toepassen van nieuw gedrag en het opdoen van nieuwe ervaringen in situaties buiten de therapieruimte.